Vandaag hadden we een gesprek over de dood.
- Carolina Tini
- 29 mrt 2020
- 2 minuten om te lezen
Vandaag hadden we een gesprek over de dood.
We ontleedden het fenomeen tot op het bot
laagje voor laagje,
zoals een bananenschil
of een mango
of een forel.
We groeven samen een put
terwijl we in de tuin zaten
op anderhalve meter van elkaar
in de vorm van een vierkant
om tot de essentie te komen
tot de harde kern,
maar dat bleek niet zo eenvoudig
en toch ook weer wel.
We lachten even,
zomaar
om de grasmaaier van de buren.
Het lijkt zo banaal
“Hij is dood”.
Dat hoor je wel eens namelijk,
rondom je.
Elke dag als het moet, in de krant,
op de voorlaatste pagina.
Meestal sla je die ook over
tenzij je iemand kent,
maar liefst niet.
Er moeten formaliteiten geregeld worden:
papieren, verzekeringen, geld.
Er moeten keuzes worden gemaakt:
muziek, woorden, soorten hout, foto’s.
Het doet je voorbij lopen,
maar ook weer stilstaan.
Op momenten zoals deze,
wanneer de draagkracht van het begrip
dood
je te veel wordt,
dan overstijgt het hemel en aarde en ver daarbuiten.
“Hij had het niet zien aankomen.”
“Wij hadden het niet zien aankomen.”
Dat is een vaststaand feit, want
de dood komt onaangekondigd,
maar liefst niet vandaag of morgen
liefst ook niet de dagen daarna,
maar wel ooit,
wanneer we oud zijn,
ja dan,
maar dan ook liefst niet te snel…
want je wil nog dingen doen.
“Wat dan allemaal?”
“Gewoon veel dingen.”
En wat is dat trouwens, oud?
zeventig, tachtig, negentig?
Wat is de definitie eigenlijk van oud?
Het is altijd iemands moeder, kind, broer, zus, opa, oma, neef, nicht,
vader.
Het gevoel verandert niet omdat er
een cijfer opgeplakt is,
nee.
Het gevoel
dat blijft.
Weet je
eigenlijk wat de essentie is van de dood?
“want gij zijt stof, en tot stof zult gij wederkeren.”
Stof, zijn we dat dan
en niet meer dan dat?
Is het dan zo banaal dat een lichaam na tachtig jaren op de planeet
ineens gewoon terug tot stof en as gereduceerd wordt?
Ja, dat is het.
Het zijn wij, sensitieve en intellectuele wezens,
die zoeken en speuren naar mogelijke verklaringen
maar die zijn er niet.
Wij zijn zoals de seizoenen.
Ik hoop gewoon dat de dood ervoor zorgt
dat de persoon die doodgaat
ook effectief rust.
Het lijkt luguber jezelf in te prenten
dat anderen voor jou een kist zouden kiezen
waar je dan liefst juist in past
maar ook gemakkelijk en zacht in ligt,
om vervolgens er als stof uit te komen.
Om vervolgens in een park te worden geplaatst met nog meer menselijk stof.
We doen het allemaal,
zo banaal
die keuzes maken
die angsten hebben
en toch overstijgt het ons
als wolken die voorbij drijven
als een gewicht dat we niet kunnen dragen.
Een handdruk, een lichaam en een schaduw zijn voorgoed weg.
Verhalen
herinneringen
prenten
geuren
woordkeuzes
dialecten
levensmotto’s
replieken
DNA
karaktertrekken
vormen
stambomen
liefde
en goede wijn
zullen echter nooit verloren gaan.

Voor mijn lieve schoonfamilie.
Comments